Stationsomgeving-noord: participatie is hard werken

Afgelopen vrijdag keurde de gemeenteraad op voorzet van het burgerinitiatief ‘Red Kloosterland’ een resolutie goed om een nieuw masterplan Stationsomgeving-Noord op te maken, amper 17 maanden nadat het eerste plan werd goedgekeurd. Hoe kan dat? Een gebrek aan participatie? Of een gebrek aan transparantie? Waarschijnlijk beide.

Iedereen heeft tegenwoordig de mond vol over participatie. Maar wat betekent participatie in een gemeentelijk besluitproces? Is het inspraak, informatievoorziening, is het meedenken, is het mee bepalen, is het … ? Het simpele antwoord is ‘all of the above’, terwijl we in deze blijkbaar geen van bovenstaande goed hebben toegepast.

stationsomgeving-noord1

Beeld uit het masterplan

Doelstelling en ambitieniveau bepalen: informeren

Alvorens aan een project van deze omvang te starten is het goed te starten van een doelstelling. Die doelstelling kan best gekoppeld worden aan een ambitieniveau. Die doelstelling komt uit een breder beleidskader. Dat kan zeer technisch zijn (Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan) of eerder socio-economisch (een economisch bruisende stad, sociaal gemengde levende buurten) of vanuit een ruimtelijke ambitie (groene, duurzame pockets creëren in de stad). Doelstellingen komen dus niet vanuit een vacuüm of een wit blad.

Daarnaast bepaal je best ook een ambitieniveau. Hoe ver wil je gaan? Wordt het een voorbeeldwijk, experimenteel of eerder klassiek conform de normen van vandaag. Het staat voor mij volledig buiten kijf dat doelstelling en ambitieniveau gezet worden door het stadsbestuur, al dan niet als resultaat van een eigen participatietraject, zoals b.v. het mobiliteitsplan.

schermafbeelding-2016-11-27-om-18-34-18

Impressie uit masterpan

Zo ook in dit project. Maar hier ging het vorige stadsbestuur meteen ook uit de bocht omdat dat beleidskader of ambitieniveau nooit aan de buurt in duidelijke termen werd uitgelegd. Waarom willen we een groene buurt? Waarom willen we een ‘opgekuiste’ noordelijke stationsomgeving? Gevolg: de indruk wordt gewekt dat bij ontbreken van duidelijke en begrijpelijke doelstellingen, iemand ‘bediend’ wordt. Zulke veronderstellingen ondergraven meteen het vertrouwen in een bestuur en is nefast voor de geloofwaardigheid van het het verdere traject.

Van ambitie naar plan: meewerken

Die ambities dienden vertaald te worden in de invulling van de site. Dat werd gedaan aan de hand van werktafels waar ook een delegatie van wijkbewoners aanwezig was. Al was dat eerder een beperkte delegatie en ook slechts 1 keer. Te weinig.

schermafbeelding-2016-11-27-om-18-32-53

Impressie uit het masterplan

Geconfronteerd worden met studiebureaus – die vaak geen voeling hebben met de wijk of stad waarvoor ze werken – liefst met een goedgestoffeerd slide-pack en een uitleg met veel moeilijke woorden, is geen uitnodiging om ter plekke de mond open te trekken en bedenkingen te maken. Als er al opmerkingen gemaakt worden verwijst men graag naar het voortraject en het beleidskader. Daarom kunnen de opmerkingen van bewoners  snel van de tafel geveegd worden. Of komen ze simpelweg niet toe tot het maken van opmerkingen. Dat is uiteraard niet fair.

Dat het niet naïef is te denken dat burgers zich wel kunnen verdiepen in de beleidsinfo, bewijzen de initiatiefnemers van het burgerinitiatief Kloosterlandwijk. Na heel wat studiewerk kregen ze een goed beeld van het dossier in zijn geheel. Mits tijd en steun aan mekaar. Het duidt erop dat ook burgers inspanningen moeten doen om  om te kunnen participeren.

Resultaat

Een proces dat niet mét de stakeholders wordt gelopen, creëert wrevel en vervreemding en uiteindelijk protest. En, moeten we toegeven, een plan dat niet goed genoeg is. Dat hebben we zelf toegegeven met een belofte om het beter te doen in de toekomst. Waarbij we meer moeite doen om doelstellingen en beleidskader te duiden, meer en intenser de buurt betrekken in het proces van opmaak. Enkel dan kan je komen tot goede en gedragen plannen voor de toekomst.

 

 

Comments are closed.